Flora Cretica,
Flora cretica, a complete handbook of all flowering plants, lycopods and ferns occurring on the island of Crete and surrounding islets, Thomas Muer, Ralf Jahn & Herbert Sauerbier. April 2024. 1255 pp. inclusief Literatuur, Glossarium en Index; met 2475 kleurenfoto’s. ISBN 978-3-9818110-5-6. Engelse tekst.
Kleinsteuber Books, Karlsruhe, Duitsland D-76149. Prijs vanaf € 99.00 excl. verzendkosten. Online bestellen bij Kleinsteuber.
Na haast 30 jaar Jahn & Schönfelder’s Exkursionsflora für Kreta [1] met veel plezier gebruikt te hebben ligt nu deze prachige en sterk uitgebreide uitgave voor. [1] was lange tijd het enige redelijk complete werk dat voor de Flora van Kreta bruikbaar was [en handzaam, wat Flora Hellenica niet is].
De foto’s zijn doorgaans van uitstekende kwaliteit, het drukwerk is schitterend en de selectie van soorten is vrijwel compleet, daar kom ik verder nog op terug. Het bindwerk en de harde omslag zijn goed. Meer dan 40 fotografen [waaronder enkele met lokale, nationale en internationale faam] droegen hun steentje bij, waardoor goede foto’s in de minderheid zijn; de meeste zijn uitstekend tot schitterend! Je kunt je voorstellen dat toeristen dit werk kopen, alleen om de prachtige foto’s — ook al is het boek niet goedkoop, Kreta is bij uitstek een bestemming voor toeristen waarvan er vele komen om van de bloemen te genieten.
Het eerste deel van 33 pagina’s [na het voorwoord van Dr. Erwin Bergmeier, kenner van de Kreta-flora, en het dankwoord] is gewijd aan de veelheid aan biotopen die op Kreta [behorend tot Griekenland] voorkomen. Dan volgt het grootste deel van het boek: de soortbeschrijvingen, elk met een of meerdere afbeeldingen. De beschrijvingen vermelden onder meer bloeitijd, habitat en verspreiding, en eindigen met een balk onderaan waarin wordt aangegeven in welk van de 4 [traditionele] prefecturen van Kreta — Chania, Rethymno, Heraklion en Lasithi — de soort wel of niet voorkomt.
Sommige lezers zullen zich verwonderen over de volgorde waarin ordes en families worden vermeld: Wolfsklauwen en Varens — Gymnospermen — Magnoliidae [basale Angiospermen waartoe de Aristolochiales en Laurales behoren] — Eenzaadlobbigen — Tweezaadlobbigen. Zelf vond ik het makkelijk te volgen; het doet ook recht aan de meest moderne inzichten.
Voor het schrijven van het boek kregen de auteurs in de loop van vele jaren foto’s, verzameld materiaal en andere informatie aangeleverd, zowel in openbare bronnen als privé — commentaar over de habitat, kritische vragen, gegevens over tot dusver niet van Kreta bekende soorten en over de vondst van soorten die men (op Kreta) uitgestorven achtte, de afmeting van planten en veranderingen in de biotopen. Deze gegevens waarvan er vele in het boek zijn opgenomen waren afkomstig van vele botanici die de flora van Kreta bestudeerden. Het gaat daarbij niet slechts over de soorten, maar ook over stukken in de inleiding zoals die over chasmophyten [planten die op onbereikbare plaatsen aan verticale rotswanden groeien]. Dit soort planten/ deze habitat kent zo haar eigen problemen en de schrijvers hebben die goed onderkend.
Is dit dan het Absoluut Ideale Boekwerk over de flora van Kreta? Nou nee, maar het komt er wel heel dicht in de buurt. Bomen en struiken worden volop vermeld. Veel recente waarnemingen en inzichten zijn in het boek verwerkt. Wat de naamgeving betreft volgen de schrijvers www.worldplants.de terwijl ik wat betreft de vertaalslag naar het Engels heel content ben; zelfs al wordt de vertaler/ worden de vertalers niet genoemd [wellicht is die vertaling door de auteurs zelf verzorgd].
Dat er geen determineertabellen in staan is niet zo gek, het boek weegt zonder die al 3 kilo. Met enige kennis van de botanie zal het niet moeilijk vallen om haast elke plant die men op Kreta aantreft, op naam te brengen.
Daar zit een beetje de kneep — waarom niet alle planten? Daar zijn heel wat goede redenen voor:
(a) het is onmogelijk om vast te stellen of alle planten die in een gebied van vrij grote omvang voorkomen, ooit zijn gezien, of hun waarneming genoteerd. Of in het geval van Freesia leichtlinii Klatt, op tijd gezien. Henk Bakker en ondergetekende zagen en fotografeerden de soort voor het eerst op 7 april 2024 — te laat om nog in Flora Cretica te worden opgenomen. Zo zijn er meerdere gevallen en men hoopt dan maar dat die alsnog verschijnen in een gedrukt addenda et corrigenda, of een bestand op Internet.
(b) sommige soorten zijn pas op soortnaam te brengen als ze bloeien of [rijpe] vruchten hebben, of andere kenmerkende delen tonen.
(c) dan zijn er soorten die vrijwel altijd zeldzaam zijn, maar soms, voor korte tijd, relatief gewoon. De schrijvers weten dit en hebben om nader onderzoek en commentaar gevraagd. Op deze manier is Bellevalia trifoliata (Ten.) Kunth. die lang niet gezien was, herontdekt. De soort komt slechts in een klein deel van de gemeente Apokoronas voor. Toen we de soort in 2015 terugvonden wisten we niet in welke biotoop de soort groeit. Nu wel, met als resultaat circa 20 nieuw ontdekte vindplaatsen, alle binnen een straal van 20 kilometer.
(d) een punt voor discussie — er zijn enkele soorten die niet over het hoofd te zien zijn, niet opgenomen, zoals Populus tremula L. Dat dit voor Kreta exoten zijn kan geen reden hiervoor zijn, daar meerdere invasieve soorten wel zijn opgenomen.
(e) enkele soorten die tamelijk recent nog zijn waargenomen zoals Retama monosperma (L.)Boiss. zijn evenmin opgenomen. Het betreft hier voor Kreta zeer zeldzame soorten die misschien op Kreta zijn uitgestorven. Bij deze efemere soorten is niet altijd duidelijk wat hun status is. De auteurs onderkennen dit probleem — er zijn diverse soorten opgenomen, waarvan slechts 1 of 2 vindplaatsen bekend zijn, zoals Moluccella spinosa L.
(f) ten slotte is er een factor die in het veld des te duidelijker is: de toegankelijkheid van vindplaatsen. In het veld met andere botanici waaronder de 2e auteur en Dr. Bergmeier stel je soms vast dat vindplaatsen zo ontoegankelijk zijn dat men ze eigenlijk alleen door het filmen met drones goed kan onderzoeken. Dit blijkt bij voorbeeld het geval bij de pas in 1989 beschreven Euphorbia sultan-hassei Strid, B.Bentzer, Bothmer, Engstrand & M.A.Gust. De oorspronkelijke populatie omvat [minstens] tientallen exemplaren in kloven aan de zuidkant van de Lefka Ori. In 2015 ontdekten Enda McMullen en ondergetekende een populatie in een kloof op 60 km van de eerste vindplaats, die bij nader onderzoek met een telescoop honderden, zo niet duizenden exemplaren omvat. Dan moet je nog maar afwachten of je daarmee een representatief beeld hebt — waarschijnlijk niet.
Ik kan me niet voorstellen dat mensen zullen klagen over de omvang en het gewicht van dit boek. Duitsers hebben de reputatie, grondig te werk te gaan — dit boek draagt bij aan het bewijs daarvoor. Als auteur moet je vaak een afweging maken tussen alles omvattend [dus lomp, zwaar en wellicht duur] en een handig zakboek, met wel veel minder informatie. Ik ben verheugd dat men voor het eerste heeft gekozen.
Samenvattend kan Flora Cretica beschouwd worden als weerslag van indrukwekkende en niet aflatende toewijding van de auteurs en de vele botanici in het veld die hebben bijgedragen. Dit is een zeer fraai standaardwerk waar de kennis van de flora van Kreta zeer mee gediend is. Zou Gerhard Pils (die ook aan dit boek bij droeg) zijn geweldige Flowers of Turkey [lit. 2] niet hebben gepubliceerd, dan zou Flora Cretica op eenzame hoogte staan.
Literature
- Ralf Jahn & Peter Schönfelder, 1995. Exkursionsflora für Kreta. Eugen Ulmer Verlag, Stuttgart. 446 pp., 101 full color photographs. ISBN 3-8001-3478-0
- Pils, Gerhard, 2008. Flowers of Turkey, a photo guide with 4153 species illustrated in colour. 408 pp [descriptions] +40 [introduction and index]. Eigenverlag G. Pils, Linz.
0 reacties